De Tweede Kamer was afgelopen week met reces, dus Pechtold pakte even een mediamomentje voor de permanente campagne van D66. Hij stelde donderdag in de uitzending van BNR en NPO Radio 1 dat het Nederlandse voorzitterschap van de EU ambitieuzer moet.
Pechtold verwijt Rutte dat hij te weinig doet, omdat de premier zijn oren laat hangen naar de kiezer, die de EU niet ziet zitten. Dat past in het frame dat Pechtold vaker hanteert: Haagse praatjes vullen geen gaatjes. Het is je reinste salonpopulisme. Pechtold zet Rutte weg als een zwakke leider zonder visie om zelf in de peilingen beter te scoren. Framen mag natuurlijk, maar welke visie heeft Pechtold zelf eigenlijk?
Welk gebrek aan ambitie?
Dat de EU met grote problemen kampt, daar is iedereen het wel over eens. Maar dat Nederland geen doelstellingen heeft voor het EU-voorzitterschap klopt niet. Rutte heeft wel degelijk ambities als EU-voorzitter. Zo vindt hij dat de buitengrenzen van de EU beter bewaakt moeten worden en dat Turkije veel minder vluchtelingen moet doorsturen. Europa moet ook maatregelen nemen om minder afhankelijk worden van energie uit het Midden-Oosten en Rusland en om klimaatdoelstellingen te halen. Tot slot moet de EU voor banen en innovatie zorgen en de euro beter houdbaar maken met een solide begrotingsbeleid.
Pechtold vindt het allemaal te weinig, maar deze ambities zijn juist torenhoog. Vluchtelingenstromen, kapitaalmarkten en internationale ontwikkelingen laten zich nu eenmaal moeilijk sturen vanuit Brussel of Den Haag. Pechtold komt zelf ook niet met inhoudelijke kritiek op de gestelde doelen en maatregelen of met alternatieven. Hij vindt alleen dat je doelstellingen niet alleen opschrijven, maar moet ook uitvoeren. Het lijkt me nogal voorbarig om vooraf te stellen dat voornemens niet uitgevoerd worden. Bovendien weet Pechtold net zo goed als Rutte dat in EU-verband alleen compromissen mogelijk zijn, omdat verschillende landen nu eenmaal verschillende doelstellingen en belangen hebben.
Wat kan Rutte er aan doen?
Aan de Europese verdeeldheid kan Rutte weinig doen. En als hij er al iets aan kan doen, dan zeker niet door ambitieuze doelstellingen op tafel te leggen of als visionair voorzitter op te treden. Rutte moet, zo constateerde commentator Jaap de Hoop Scheffer al, inspelen op onverwachte gebeurtenissen en optreden als een oliemannetje om te zorgen dat de EU bij elkaar blijft en er geen ongelukken gebeuren. Het hoogst haalbare zijn bescheiden compromissen, zeker ten aan zien van de netelige problemen waarmee de EU worstelt. Het zal veel stuurmanskunst van Rutte vergen om die compromissen te sluiten.
Rutte heeft ook geen mandaat om al te visionair op te treden. Het kabinet is nog bij elkaar om het EU-voorzitterschap tot een goed einde te brengen, maar is onderling zeer verdeeld: de VVD wil minder EU, terwijl de PvdA meer vertrouwen in Europese samenwerking heeft. De coalitiepartners hebben bovendien een minderheid in de Eerste Kamer en een heel krappe meerderheid in de Tweede Kamer, en zijn dus afhankelijk van andere partijen: geen moment om al te hoog van de toren te blazen. De oppositie zou Rutte terugfluiten als hij dat wel deed; het zou mij niets verbazen als Pechtold dat zelf zou doen.
Het kan altijd ambitieuzer
“Niet achterover leunen”, “Aan de slag”, “Tandje erbij”, “Gebrek aan visie”. Het verhaal over gebrek aan ambitie en visie ligt Pechtold in de mond bestorven. Hij krijgt er geen genoeg van om het beeld te bevestigen van een Haags praathuis waar niets gebeurt door geneuzel over details, trage processen, beleidsconservatisme en een oerwoud aan regels. Pechtold doet zijn best om daarbij gunstig af te steken als daadkrachtige leider. Waar Rutte pragmatisch aanrommelt, hakt hij knopen door en stoomt hij met zijn hervomingen Nederland klaar voor de toekomst.
Dit truukje heeft hij van zijn grote tegenstander Wilders afgekeken: die zegt ook altijd dat de Haagse elite niets doet. Wilders stelt dat Rutte niet luistert naar de bezorgde burger, die vindt dat er geen buitenlanders binnen mogen komen en dat de grenzen dicht moeten. Pechtold vindt Wilders daarom een populist. Maar hij doet in feite hetzelfde, alleen dan op een nette manier: salonpopulisme, dus. En net als Wilders maakt Pechtold zelf ook onderdeel uit van het Haagse gedoe waartegen hij zich afzet.
What would Pechtold do?
Pechtold laat geen gelegenheid voorbijgaan om Rutte de maat te nemen en hem een gebrek aan visie te verwijten. Die electorale strategie levert volgens D66 meer op dan een politieke strategie gericht op een zo goed mogelijk beleidsresultaat. Pechtold kan immers ook een verbindende factor zijn tussen VVD en PvdA, zoals hij eerder heeft bewezen. Ook op het punt van het EU-voorzitterschap zou hij het kabinet kunnen steunen bij het zoeken naar een formule waarin de coalitiepartners kunnen samenwerken aan de stabiliteit waarnaar Europa smacht.
Of, als we even een stapje terug doen: Pechtold kan, eventueel met andere partijen, de coalitie aan een stevige meerderheid helpen in het parlement. Dat wilden Pechtold — en de coalitiepartners — blijkbaar niet toen het erop aan kwam in de formatie en in de politieke crises tijdens Rutte-II. Daarom speelt D66 nu verdeel en heers vanuit de Eerste en Tweede Kamer. Pechtold heeft daarmee veel invloed, en dat is hem gegund, maar ik vind het niet zo sterk om een kabinet dat je zelf aan een touwtje hebt gebrek aan daadkracht te verwijten.
De beste stuurlui staan aan wal
Met Rutte hoeven we intussen geen medelijden te hebben. Hij heeft inderdaad weinig visie, maar in dit geval komt dat niet zo slecht uit. Een verdeelde EU in een instabiele politieke omgeving is geen plaats voor grote verhalen. We leven in een tijd van duivelse dilemma’s, lastige belangenafwegingen en complexe compromissen. Hij heeft een ingewikkelde opdracht: Europa bij elkaar houden, terwijl hij er zelf niet in gelooft, en zijn kiezers eigenlijk helemaal geen Europese samenwerking willen.
Rutte is het oliemannetje dat de EU nodig heeft. Hij is op zijn best als het gaat om ingewikkelde politieke uitdagingen. Hij schetst geen vergezichten, maar probeert achter de schermen partijen bij elkaar te brengen achter een compromis, goedschiks of kwaadschiks. Naar buiten blijft hij positief. Als het hem lukt zijn doelen voor het EU-voorzitterschap te bereiken via ingewikkelde compromissen, dan zal hij er zeker niet voor beloond worden door de kiezer. Ik hoop dat de verloren stemmen van de VVD niet naar deze Pechtold gaan. We hebben immers geen idee welke compromissen hij zou sluiten als hij premier was.
Jasper Klapwijk wil best overwegen om D66 te stemmen, maar dan wel op grond van sociaal-liberale beleidskeuzes en niet op basis van salonpopulisme. Dit is een uitgebreide en bewerkte versie van het politieke commentaar bij Dit Is De Dag op 7 januari 2016 op NPO Radio 1.