Coöperatie tegen de wooncrisis

een christelijke visie op wonen

Hoe hartverrukkend uw woningen,
Heer der hemelse scharen;
mijn ziel vergaat van verlangen
naar de voorhoven van de Heer.
Mijn hart, ja al wat ik ben,
het roept tot de levende God.
Vindt zelfs de mus niet een huis,
heeft niet de zwaluw haar nest
waar zij haar jongen mag bergen?

O, uw altaren te naderen,
Heer der hemelse scharen,
Gij mijn koning, mijn God!
Gelukkig die wonen in uw huis,
die immer U mogen loven.
Gelukkig de mensen die sterk zijn in U,
met de pelgrimsweg in hun hart.  

Gaan zij door een laagte van dorre woestijngroei,
een oase scheppen zij daar;
de eerste regen daalt er weldadig;
van kracht tot kracht gaan zij voort
om op Sion voor God te verschijnen. 

Uit Psalm 84, Willibrordvertaling 1973

Psalm 84 bezingt in lyrische bewoordingen het verlangen naar God. In het Eerste Testament had God een huis gekregen: Hij woonde in de ark van het Verbond, in de tempel, midden in de stad tussen het volk. Daaraan maakte Nebukadnessar II met de Babylonische ballingschap een einde. De gemeenschap viel uiteen, het volk werd weggevoerd en God werd dakloos: de tempel werd verwoest en de ark verdween spoorloos.

Daarover zingt de dichter van Psalm 84. Hij mist de tempel en verlangt naar de wederopbouw: de terugkeer van God tussen de mensen, waardoor de mensen weer bij God kunnen wonen. De in christelijke kringen overbekende mus die een huis vindt, staat in de joodse traditie voor Israël. Het volk blijft achter in de ruïne van de verwoeste tempel en is het nest kwijt. Pas als het huis herbouwd is, als God weer een woning heeft tussen de mensen, dan kunnen mensen weer bij God wonen en is er vrede en geluk. 

Bij dat visioen van verlangen begint ook de woonvisie van de Church of England. Gealarmeerd door de zware wooncrisis in het Verenigd Koninkrijk schreef de kerk een rapport met een positieve visie op wonen en de gemeenschap, een analyse van de wooncrisis, een programma voor de kerk en een programma voor het land. Het is een urgent en duidelijk rapport geworden. Wat kunnen we eruit leren voor onze eigen Nederlandse wooncrisis?

De woningmarkt

De positieve, christelijke visie op wonen en gemeenschap van de Church of England is gebaseerd op de christelijke traditie. Huizen moeten volgens de Anglicanen voldoen aan vijf punten: ze moeten duurzaam zijn, veilig, stabiel, gezellig en ze moeten mensen gelukkig maken. Een goede woning, ons thuis, is een plek waar we kunnen leven in harmonie met de omgeving, waar we ons veilig voelen, een huis dat betaalbaar is, en waar we kunnen aarden als onderdeel van een gemeenschap.

Daar zijn we in Nederland nog lang niet. Woningen worden hier onbetaalbaar. Dat komt door de druk van het kapitaal. Beleggers kopen woningen in de steden om ze te verhuren aan expats of, op het platteland, als vakantieverblijf. Meestal gebeurt dat via een internetplatform. Vaak zijn beleggers mensen met veel vermogen die boven de vraagprijs kunnen bieden. Ze verdringen starters en mensen met een smalle beurs. In het beste geval moeten mensen uit hun buurt of dorp vertrekken. In het slechtste geval raken mensen dakloos. De woningmarkt is piepend en knarsend vastgelopen, in Nederland net zo hard als in het Verenigd Koninkrijk.

Wooncoöperatie

Als antwoord op de wooncrisis vormden actieve bewoners van Keswick een Community Land Trust die voordelig grond kocht van de kerk om met een wooncoöperatie elf woningen te bouwen naast de begraafplaats van de Anglicaanse St John’s Church: de helft sociale koopwoningen, de andere helft betaalbare huurwoningen. Het geld voor de investering kwam niet van beleggers, maar van bewoners zelf, geholpen door sociale kapitaalverstrekkers.

Het inspireerde de Engelse kerk om woonproblemen concreet aan te pakken vanuit verschillende behoeften, middelen en lokale prioriteiten. De kerk deelt good practices en kennis van lokale kerken en projecten, steunt vijf woningbouwprojecten die schaalbaar zijn, bevordert herbestemming van kerkelijk vastgoed of grond voor betaalbare woningen en werkt samen met christelijke charitatieve instellingen en seculiere goededoelenfondsen. 

Bewonersinitiatieven voor nieuwe vormen van wonen en collectief eigendom zijn er in Nederland ook genoeg. We kunnen inmiddels zonder overdrijving spreken van een ware coöperatieve golf. In het kielzog van honderden energiecoöperaties, zorgcoöperaties, wijk- en dorpscoöperaties springen inmiddels ook wooncoöperaties als paddenstoelen uit de grond. De eerste Community Land Trust is er ook al: in de Bijlmer. 

Hoewel bij die initiatieven in Nederland ook veel christenen betrokken zijn, doen de kerken in Nederland vrijwel niets in de coöperatieve beweging. Dat is jammer. Het apocalyptische visioen van een nieuwe woonplaats, een nieuwe gemeenschap waar mensen samen wonen, kan een lonkend perspectief en een inspirerende kracht zijn voor gemeenschappen om samen uit de wooncrisis te komen, als antwoord op het terechte woonprotest van mensen die in de knel raken.

Klein beginnen

Dat begint klein: met voorbeelden van duurzaam, veilig, betaalbaar, gezellig en gelukkig wonen. Bijvoorbeeld in Achterveld, een katholiek dorp in de gemeente Leusden. Daar zoeken bewoners met elkaar een oplossing voor de wooncrisis. Nieuwbouwwoningen zijn vaak te duur voor starters. Daarom moet er een woongemeenschap voor jong en oud komen: goedkope woningen voor starters en woningen voor senioren die huizen achterlaten. Maar de gemeente en de corporatie vinden het moeilijk: is er wel ruimte voor eigen intitiatief van bewoners naast hun eigen projecten?

Of in Amsterdam, waar de katholieke kerk van het Nieuwe Verbond leeg staat en de bewoners van de Noorderhof, de buurt rond de kerk, graag ruimte wil maken voor mensen die de gemeenschap kunnen versterken: woonruimte voor een leefgemeenschap en ruimte voor de buurt, om de gemeenschap te dienen met kinderopvang, ontmoeting, zingeving of zorg. Aan visioenen en initiatieven geen gebrek. Maar de parochie en het bisdom vinden het moeilijk: wat levert het meeste op?

Kerk, markt en overheid

Zonder hulp wordt het niks. Hulp van de kerk, die initiatieven van bewoners steunt en gebouwen of grond ter beschikking stelt, zoals de Church of England doet. Dat hoeft niet voor niets, maar het hoeft ook niet tegen de hoofdprijs. Het kan ook door geld te lenen. Ook dat hoeft niet gratis, maar het kan wel tegen een normale kapitaalvergoeding in plaats van tegen woekerrente. Het moet in ieder geval zonder dominante zeggenschap van de kerk: in samenwerking met de gemeenschap, in plaats van voor eigen parochie.

Zonder hulp van de overheid gaat het ook niet. De Church of England roept de Britse overheid dan ook op om een langetermijnstrategie te maken voor de verbetering van de woningvoorraad en vergroting van het aanbod van betaalbare huurwoningen. De overheid moet de huren wettelijk matigen, eigen grond gebruiken voor betaalbare woningen, huurbescherming bieden, zorgen dat er minder tijdelijke opvang nodig is, de openbare ruimte en muren schoon houden en inspraak van huurders mogelijk maken.

Ook in Nederland is vanuit een christelijk perspectief op wonen wel iets te zeggen over de overheid. Het CDA hamert bij monde van Pieter Heerma op het gebruik van de term ‘volkshuisvesting’ in plaats van ‘woningmarkt’. Helaas kun je in semantiek niet wonen, en misschien is het CDA, dat bij monde van Enneüs Heerma ooit de volkshuisvesting bruteerde en de woningmarkt opjoeg, niet de ideale verkondiger van zo’n visie uit het oogpunt van geloofwaardigheid.

Een inspirerend visioen

Hoe dan wel? Gelukkig zonder verhuurdersheffing, want geen enkel land heeft een belasting op sociale huurwoningen. Corporaties kunnen meer sociale huurwoningen bouwen, niet alleen om de wachtlijsten op te lossen, maar ook om mensen die gevlucht zijn uit Afghanistan, Irak, Eritrea of Oekraïene te huisvesten. De overheid kan huurders bovendien beschermen tegen huurstijgingen, ook als ze meer dan € 750 per maand voor hun woning betalen. Dat doen ze met nieuwe regels voor de middenhuur.

De staat en de kerk kunnen gebouwen en grond ook verpachten of in collectieve eigendom geven aan bewoners, met opvang, geld en een woning voor mensen zonder dak of thuis. Bewoners krijgen zo meer zeggenschap over hun eigen buurt en de gebouwen daarin. Zij wonen daar immers en hebben er het grootste belang bij. Het is vreemd dat ze daar al te vaak niet over mee mogen besluiten. De lokale overheid kan dat ondervangen door bewoners uitdaagrecht, biedingsrecht en planningsrecht te geven.

Maar de belangrijkste les uit de Anglicaanse visie op wonen is wel dat de oplossing voor de wooncrisis niet komt uit hooggestemde politieke idealen, staatsinterventies of vastgoedpartijen die alleen maar willen bouwen, bouwen, bouwen. De oplossing komt eerst en vooral uit de gemeenschap zelf, uit bewoners die samen het probleem te lijf willen gaan. Daarbij is de kerk een natuurlijke samenwerkingspartner. Door grond, gebouwen of geld te verstrekken tegen een redelijke prijs geeft de kerk het goede voorbeeld aan de markt en de staat.

Als er, tussen markt en staat, ruimte voor bewoners ontstaat, zal de gemeenschap groeien en bloeien. Je kunt die gemeenschap ook het volk noemen. Een volk dat als een vogel tussen de rokende puinhopen van het neoliberalisme fladdert, op zoek naar een woning. Pas als dat volk het nest weer vindt, kan het tot rust komen. Dat oude, bijbelse visioen van mensen die samen in duurzame, veilige, betaalbare, gezellige en zaligmakende huizen wonen, kan bewoners inspireren om samen te bouwen aan de komst van een nieuwe stad. Laten we daar samen mee aan de slag gaan.

Jasper Klapwijk is co-developer van bewonersinitiatieven in wonen, zorg, werk en energie, kocht bij toeval op tijd een huis dat hij nu absoluut niet meer zou kunnen betalen, is Remonstrant en kerkt vaak in de Noorderkerk in Amsterdam.

De basis is de bewoner

Het begon met buurtbarbecues en een budget voor wat meer groen in de wijk, met een paar windmolens en wat energiepanelen, en buurthuizen in zelfbeheer in de jaren negentig. Anno 2020 zijn er honderden initiatieven rond duurzaamheid en energie, stadslandbouw, wonen, welzijn en zorg. Wijk-, buurt- en dorpscoöperaties steken steeds vaker de kop op.

Right to challenge Elsrijk
Stadsdorp Elsrijk daagt de gemeente Amstelveen uit: ze willen zelf welzijn en voorzorg in hun wijk regelen

Er is sprake van een nieuwe coöperatieve golf die de wereld van wonen, zorg en welzijn op zijn kop zet. De gemeenschap komt aan tafel doordat actieve bewoners samen bepalen hoe hun leefomgeving eruit ziet: waar ze wonen, met wie, wat ze met elkaar ondernemen, hoe ze voor zichzelf en voor elkaar zorgen. Daarmee dagen ze professionals uit om anders te gaan werken.

Lees verder “De basis is de bewoner”

De bottleneck: locatie, locatie, locatie

“Er staan tientallen mensen met diepe zakken klaar om in seniorenhuisvesting te investeren, maar er gebeurt niets.” In de wandelgangen van het Jaarcongres seniorenhuisvesting van VastgoedJournaal mopperen de beleggers dat er te weinig mogelijkheden zijn om te investeren: geen locaties.

Er zijn in Nederland krap 500 kleinschalige woonvormen voor kwetsbare ouderen: veel te weinig om te voldoen aan de vraag. Daardoor komen er te weinig woningen voor ouderen bij en is er op de markt te weinig doorstroming. Dat is volgens dagvoorzitter en expert seniorenhuisvesting Tromp Bakker de grootste uitdaging waar de Nederlandse vastgoedmarkt en zorgmarkt voor staan. Lees verder “De bottleneck: locatie, locatie, locatie”

Waar blijven de nieuwe woonvormen?

Ideeën voor nieuwe woonvormen met zorg genoeg, maar nog veel te weinig woonvormen waar de groeiende groep ouderen daadwerkelijk zelfstandig kan wonen. Het podium van het ZorgSaamWonencongres in Rotterdam op 25 november stond dan ook vol met mensen die daarin verandering willen brengen. De Rotterdamse wethouder Sven de Langen opende het congres en lanceerde het platform ZorgSaamWonen, een initiatief dat erop gericht is om kennis en ervaring met vormen van wonen met zorg uit te wisselen.
Rotterdam zelf is een van de voorbeelden van de maatschappelijke opgave waar we voor staan die op het congres de revue passeerden. Rotterdam wil een seniorvriendelijke gemeente worden en heeft daarom zes locatie aangewezen voor ‘ouderenhubs’. Dat zijn plaatsen waar voorzieningen voor ouderen in de wijk moeten komen, met nieuwe vormen van wonen. Daarmee wil de stad inspelen op de wens van ouderen om oud te worden in hun eigen wijk. Om dat mogelijk te maken en om eenzaamheid te voorkomen, wonen ouderen graag samen en dichtbij voorzieningen voor winkels en zorg. Lees verder “Waar blijven de nieuwe woonvormen?”

De gezondmakende buurt

Op uitnodiging van de opleiding Gezondheid en Maatschappij van Wageningen University gaven Milou Joosten en Jasper Klapwijk van WHO CARES community of practice een gastcollege voor het vak Environmental Assets for Health. Vanuit de theorie van positieve gezondheid, waarin activering centraal staat, bespraken we de transformatie van de ziekmakende via de gezonde naar de gezondmakende omgeving.

We legden uit hoe ons zorgstelsel in elkaar zit en welke rol bewoners spelen in gezondmakende buurten. Na een korte uitleg over de prijsvraag gaven we een goed voorbeeld van de manier waarop je zo’n activerende, gezondmakende buurt kunt vormgeven: het voorstel van runner-up Michi Noeki in de Bomenbuurt. Lees verder “De gezondmakende buurt”

Bemoei je niet met lokale verkiezingen!

Het Parool kondigde het vandaag groots aan: een verkiezingsdebat voor de Gemeenteraadsverkiezingen op 9 februari met nationale partijleiders: Jesse Klaver, Alexander Pechtold, Lilian Marijnissen, Thierry Baudet en Lodewijk Asscher.

fullsizeoutput_1d

Het is een eerste voorbeeld van landelijke inmenging in de Gemeenteraadsverkiezingen; er zullen er nog veel volgen. Ik begrijp waarom ze het doen, maar wat mij betreft blijven de nationale politici thuis in de campagne voor de Gemeenteraadsverkiezingen. Lees verder “Bemoei je niet met lokale verkiezingen!”

Niet bij een abortuskliniek

De Stichting Recht Zonder Onderscheid (Stirezo) hield op woensdag 13 december een wake bij de abortuskliniek aan de Oosterlaan in Zwolle. Een paar vrouwen stonden bij de kliniek om foldertjes uit te delen en om bezoekers aan te spreken. De wake was bij de gemeente Zwolle aangemeld als een ‘betoging ter bescherming van het ongeboren leven’.

fullsizeoutput_112a

Nu mag je in Nederland gelukkig overal tegen alles demonstreren. Op 9 december betoogden er nog 30.000 mensen tegen abortus bij de  manifestatie ‘Schreeuw om leven’ op het Malieveld. Al ben ik het volstrekt oneens met de boodschap; ik vind het gezegend dat mensen gebruik maken van hun grondrechten. Maar niet bij een abortuskliniek. Lees verder “Niet bij een abortuskliniek”

Medelijden

Ik weet nog goed waar ik was, die middag van 6 mei 2002. Het was een bruin kantoor in Zoetermeer. Ik had het benauwd, want ik moest bij de reorganisatie van een klein bedrijf met mensen praten die hun baan zouden verliezen. Dat had ik nog nooit gedaan.

Verkiezingen: Wilders brengt zijn stem uit

Die avond hoorden we het verschrikkelijke nieuws: Pim Fortuyn was vermoord. Ik weet nog dat ik dacht, of misschien wel bad: laat het in godsnaam geen moslim zijn. Het was een half jaar na 9/11 en de gemoederen waren nog niet afgekoeld.

Lees verder “Medelijden”

Uitzichtloos en ondraaglijk

Het bleef even stil in de studio nadat de zevenenvijftigjarige Martin Kock bij Nieuwsuur vertelde dat hij geen achttien jaar wilde wachten op hulp bij zelfdoding: “Ik wil nu”. “Dat is heftig,” antwoordde Pechtold. Hij legde uit dat hij persoonlijk weliswaar vond dat Kocks doodswens bespreekbaar zou moeten zijn, maar dat D66 daar nu nog niet voor is.

nieuwsuur-alexander-pechtold-e1488528049414

De christelijke partijen antwoordden fel afwijzend. Buma stelde diezelfde avond dat het CDA tegen versoepeling van de euthanasieregels was en meer wil doen aan eenzaamheidsbestrijding. CU en SGP gingen de volgende dag nog een stapje verder met verwijzingen naar het voorkomen van zelfdoding. Een ergerlijke pavlovreactie. Lees verder “Uitzichtloos en ondraaglijk”

Geen greep uit de partijkas

Het OM gaat Michael Heemels, de ex-woordvoerder van Wilders en Statenlid voor de PVV in Limburg, vervolgen, zo bleek afgelopen dinsdag, omdat hij de partijkas van de PVV geplunderd heeft. Ik had in eerste instantie wat last van Schadenfreude: PVV’ers plassen niet alleen door andermans brievenbus, maar bestelen zelfs hun eigen partij. Zie je wel: de partij van Wilders deugt niet, geen beter vermaak dan leedvermaak.

x_(10)

Maar dat was wat al te makkelijk gedacht. Heemelsgate is inderdaad geen incident, maar de affaire zegt niet alleen iets over het totale gebrek aan organisatie binnen de PVV. Een greep uit de partijkas kan vaker voorkomen binnen ons politieke bestel, en dat gebeurt helaas ook. Het zegt dus ook iets over het toezicht op politieke partijen in Nederland: dat schiet ernstig tekort. Lees verder “Geen greep uit de partijkas”